Honderden Montenegrijnen hebben afgelopen vrijdag gedemonstreerd in de hoofdstad Podgorica uit woede over het gebrek aan actie van de autoriteiten om een massale schietpartij te voorkomen. De schutter, de 45-jarige Ako Martinovic, doodde twaalf mensen en verwondde er vier ernstig na een avond van drinken in het stadje Cetinje en een confrontatie met de politie.
De demonstranten uitten hun frustratie over de langzame hervormingen van de onderbezette politie en de politieke machtsstrijd binnen de regering. Ze stonden eerst stil ter ere van de slachtoffers en uitten daarna hun woede richting de politie die het regeringsgebouw had afgezet. Sommigen probeerden zelfs een veiligheidshek te doorbreken.
De eisen van de demonstranten waren duidelijk: het ontslag van topambtenaren, waaronder minister van Binnenlandse Zaken Danilo Saranovic en politiechef Lazar Skapanovic. Skapanovic verklaarde dat de reactie van de politie op de schietpartij vertraagd was vanwege misleidende informatie die hen naar de verkeerde locatie leidde.
Dit was niet de eerste keer dat Cetinje werd getroffen door een massale schietpartij. In 2022 vond er een soortgelijk incident plaats waarbij tien mensen werden gedood. Het protest vond plaats tijdens een bijeenkomst van de Nationale Veiligheidsraad waar de nasleep van de schietpartij werd besproken, inclusief maatregelen om illegale wapens te bestrijden en strengere regels voor het bezitten en dragen van wapens.
Montenegro, een kleine Adriatische republiek met een diepgewortelde wapencultuur, kampt met een overvloed aan illegale wapens, vooral als gevolg van de bloedige oorlogen in de jaren negentig. De demonstranten eisen verandering en actie van de autoriteiten om dergelijke tragedies in de toekomst te voorkomen.