De Turkse politie heeft onlangs negen leden van de gemeenteraden van de Republikeinse Volkspartij (CHP) gearresteerd op verdenking van betrokkenheid bij terrorisme, volgens een rapport van het TRT State Network. Het gaat hierbij om twee plaatsvervangende burgemeesters en zeven andere leden van de gemeenteraad die werden opgepakt in Istanbul. De aanklacht luidt dat zij banden zouden hebben met de Koerdistan Arbeiderspartij (PKK).
De officier van justitie van Istanbul verklaarde dat de gearresteerde leden van de gemeenteraad werden verkozen onder een verkiezingsovereenkomst tussen de CHP en de Democratische Volkerenpartij (HDP), de derde grootste partij in het parlement. Deze arrestaties maken deel uit van een reeks onderzoeken die hebben geleid tot beschuldigingen van terrorisme en corruptie tegen verschillende burgemeesters in Turkije.
De CHP ontkent echter de beschuldigingen en beweert dat deze onderzoeken politiek gemotiveerd zijn. Burgemeester Ekrem Imoglu van Istanbul, die wordt gezien als een mogelijke kandidaat voor het Turkse presidentschap, heeft de onderzoeken in de gemeenten van de stad scherp bekritiseerd. Hij beschuldigt de regering ervan gerechtigheid te gebruiken als een politiek wapen.
Bij de gemeenteraadsverkiezingen in Turkije bijna een jaar geleden behaalde de CHP grote overwinningen in verschillende grote steden, waaronder Istanbul en Ankara. Ondertussen werd Abdullah Zeidan, de burgemeester van de provincie Van, die tot de HDP behoort, veroordeeld tot bijna vier jaar gevangenisstraf voor het helpen van een terroristische organisatie. Verschillende HDP-burgemeesters zijn ook uit hun ambt gezet op beschuldiging van terrorisme.
De politieke situatie in Turkije blijft dus gespannen, met arrestaties van CHP-leden en HDP-burgemeesters op verdenking van terrorisme. De regering blijft volhouden dat de gerechtigheid onafhankelijk opereert, terwijl de oppositie beweert dat de onderzoeken politiek gemotiveerd zijn. Deze ontwikkelingen werpen een schaduw over de democratie en rechtsstaat in het land.