De Amerikaanse president Donald Trump dringt er bij zijn adviseurs op aan om agressiever op te treden in het opleggen van taken, terwijl zijn regering zich voorbereidt op een grote escalatie in de wereldhandelsoorlog. Volgens Washington Post oefent Trump druk uit op ingrijpende acties in de handel om de Amerikaanse economie nieuw leven in te blazen, maar zijn bondgenoten in Wall Street en het Capitool pleiten voor een meer bedachtzame aanpak.
Trump heeft spijt dat hij tijdens zijn eerste termijn als president niet meer taken heeft opgelegd en beschuldigt zijn adviseurs ervan hem te hebben overgehaald om terughoudend te zijn. Hij blijft echter vaag over hoe serieus hij de wereldwijde taken overweegt. De president gelooft dat het opleggen van taken gunstig is voor de Verenigde Staten, omdat het banen zou herstellen in de bouwsector en triljoenen dollars aan openbare inkomsten zou toevoegen.
Gisteren verklaarde Trump dat hij open staat voor overeenkomsten met landen die Amerikaanse taken willen vermijden, maar benadrukte dat onderhandelingen over deze overeenkomsten pas kunnen plaatsvinden nadat de wederzijdse taken op 2 april zijn aangekondigd. Hij blijft vastbesloten om zijn beleid van het opleggen van taken voort te zetten, ongeacht het land van herkomst van de import.
De president blijft vasthouden aan zijn standpunt dat het opleggen van taken de Amerikaanse economie ten goede zal komen en banen zal creëren. Hij gelooft dat dit een essentieel onderdeel is van zijn strategie om de economie te stimuleren en de Verenigde Staten op de kaart te zetten als een economische wereldmacht. De reactie van het Witte Huis op deze ontwikkelingen is nog niet bekend.