De Syrische overgangsvoorzitter Ahmad al-Sarah heeft vandaag aangegeven dat hij streeft naar consensus bij het herbouwen van Syrië na de val van president Bashar al-Assad. De nieuwe Syrische regering, gevormd door Al-Sarah en zijn islamitische coalitie, bestaat uit 23 leden zonder premier. Deze regering heeft vier ministers van Syrische minderheden, waaronder een christen, een Druze, een Koerd en een Alawiet, maar niemand heeft een belangrijke portefeuille.
Al-Sarah benadrukte tijdens een bijeenkomst in het presidentiële paleis dat de weg naar verzoening lang is en dat hij niet in staat zal zijn om de hele wereld tevreden te stellen. Hij wil echter zoveel mogelijk consensus bereiken. De aankondiging van het nieuwe kabinet volgde op de opstelling van een constitutionele verklaring die Al-Sarah alle bevoegdheden gaf in de wetgevende, uitvoerende en gerechtelijke sector.
De autonome Koerdische regering heeft de wettigheid van de nieuwe regering in twijfel getrokken. De meerderheid van de leden van de nieuwe regering zijn soennieten, wat de demografische realiteit van Syrië weerspiegelt na jaren van Alawitische minderheidsoverheersing. Al-Sarah benadrukte dat de ministers zijn gekozen op basis van hun capaciteiten, los van ideologische of politieke overtuigingen.
Er is hoop voor een nieuw hoofdstuk voor Syrië, aldus Al-Sarah. Hij is van plan om een constitutionele proclamatie te ondertekenen die de overgang naar Syrië gedurende vijf jaar zal regelen. Ondanks deze positieve ontwikkelingen zijn sommige experts en mensenrechtenverdedigers bezorgd dat de overheid te veel macht zal concentreren en onvoldoende bescherming zal bieden aan minderheden. De weg naar vrede in Syrië zal lang en uitdagend zijn, maar Al-Sarah blijft streven naar consensus en eenheid binnen zijn regering.