De ministers van Defensie van Polen, Estland, Letland en Litouwen hebben in hun respectievelijke landen aanbevolen om zich terug te trekken uit het internationale verdrag over het verbod op mijnen tegen personeel, ook wel bekend als het Ottawa-verdrag. Deze aanbeveling komt voort uit de toenemende militaire dreigingen voor NAVO-lidstaten die grenzen aan Rusland en Wit-Rusland.
In een gezamenlijke verklaring op dinsdag benadrukten de vier landen het belang van flexibiliteit en keuzevrijheid voor hun verdedigingskrachten in de huidige veiligheidsomgeving. Ze zien het gebruik van nieuwe wapensystemen als een manier om de verdediging van de kwetsbare oostkant van de NAVO-alliantie te verbeteren.
Het Verdrag van Ottawa, dat in 1997 werd gesloten, is onder druk komen te staan vanwege de oorlog in Oekraïne en de defensieve versterking van de grenzen met Rusland door de frontliniestaten. De aanbeveling om zich terug te trekken uit het verdrag biedt deze landen de mogelijkheid om dit daadwerkelijk te doen.
Eerder kondigde de Poolse premier Donald Tusk aan dat Polen stappen zou ondernemen om het verdrag te verlaten. De vier landen hadden al lang overwogen om dit te doen en wilden een gezamenlijke regionale beslissing nemen.
Het is duidelijk dat de situatie in de regio erg gespannen is en dat deze landen streven naar meer flexibiliteit en keuzevrijheid om hun defensie te versterken. Het is belangrijk om de ontwikkelingen rondom dit vraagstuk nauwlettend te volgen en te zien wat de gevolgen zullen zijn van het terugtrekken uit het verdrag over het verbod op mijnen tegen personeel.