Ekrem Imamoglu, de gevangene van Istanbul, heeft onlangs een oproep gedaan tot boycot aan bedrijven die worden beschouwd als grenzend aan de Turkse president Recep Tayyip Erdogan. In zijn toespraak riep Imamoglu “miljoenen mensen op om deel te nemen aan het boycotproces met discipline en toewijding.” Hij benadrukte dat de zakenwereld al jarenlang wordt gedomineerd door een handvol ambitieuze mensen met onderdrukkende en anti-democratische macht.
Imamoglu drong er bij de media en de zakenwereld op aan om hun eigen keuzes te maken en aan te sluiten bij de boycotbeweging. Hij waarschuwde dat bedrijven die Erdogan steunen de harde gevolgen van boycot zullen moeten ondergaan. Deze oproep tot boycot komt na een eerdere oproep van Ozgur Ozel, lid van de Republikeinse Volkspartij (CHP), waar Imamoglu deel van uitmaakt.
De economische druk van de boycot sluit aan bij de golf van demonstraties die zijn aangewakkerd door de arrestatie van de burgemeester van Istanbul, de grootste politieke tegenstander van Erdogan. Ozel heeft beloofd om wekelijks burgers op te roepen tot actie, wat aangeeft dat de oppositie vastbesloten is om de kwestie van de gevangenschap van Imamoglu niet zomaar te laten passeren.
Erdogan heeft echter de oppositiepartij gewaarschuwd dat hij niet zal toegeven aan de druk van de boycot. Tot nu toe zijn bijna 1.900 mensen gearresteerd door de Turkse politie voor de demonstraties, volgens een verklaring van de minister van Binnenlandse Zaken. De spanningen tussen de oppositie en de regering lijken dus alleen maar toe te nemen. Het is afwachten hoe de situatie zal evolueren en welke impact de boycot zal hebben op de bedrijven die worden beschouwd als verbonden met Erdogan.