De regering van Trump heeft toegegeven dat ze per ongeluk een man uit El Salvador hebben verdreven, die naar verluidt lid zou zijn van een bende in Maryland. De man, Kilmer Abregia-Gartia genaamd, werd op 15 maart uitgezet, ondanks een uitspraak van een rechter die zijn deportatie had verboden. Abregia-Gartia’s advocaten hebben bevestigd dat hun cliënt geen lid is van de MS-13-bende en hebben geëist dat hij onmiddellijk naar de VS wordt teruggestuurd.
Een functionaris van de US Immigration and Customs Enforcement (ICE) heeft verklaard dat de deportatie van Abregia-Gartia onjuist was en dat het werd uitgevoerd op basis van een administratieve fout. De regering heeft de 18e-eeuwse wet aangehaald die de deportatie van buitenlandse burgers toestaat als ze lid zijn van gewelddadige bendes, als rechtvaardiging voor hun acties.
De advocaten van Abregia-Gartia hebben de Amerikaanse rechtbank gevraagd om zijn terugkeer naar de VS te bevelen en hebben de detentieomstandigheden van hun cliënt in El Salvador veroordeeld. Ze beweren dat de regering van de VS de wet negeert en dat hun cliënt onrechtmatig is gedeporteerd.
ICE heeft erkend dat ze op de hoogte waren van de uitspraak van de rechtbank die de deportatie van Abregia-Gartia had verboden, maar toch besloten om hem te arresteren en uit te zetten. Hij stond niet op de oorspronkelijke passagierslijst van de vlucht op 15 maart, maar werd op het laatste moment toegevoegd als een “alternatief”.
De zaak van Abregia-Gartia werpt twijfels op over de wettigheid en rechtvaardigheid van het deportatiebeleid van de regering-Trump. Het incident benadrukt de noodzaak van nauwkeurigheid en zorgvuldigheid bij het uitvoeren van deportaties om onrechtmatige uitzettingen te voorkomen.