Dertig jaar na de genocide in Srebrenica komen duizenden mensen samen om de slachtoffers te herdenken. De gruwelijke gebeurtenissen van juli 1995, toen Servische troepen onder leiding van generaal Ratko Mladic de stad binnenvielen en duizenden Bosnische moslims executeerden, worden nog steeds herdacht en de wonden zijn nog lang niet geheeld.
Een drie-daagse vredesmars van 100 kilometer werd georganiseerd als eerbetoon aan de slachtoffers van Srebrenica. Velen probeerden destijds te vluchten naar Tuzla, maar vonden tragisch genoeg hun einde onderweg. De stad, die onder bescherming stond van de VN, werd veranderd in een slachthuis waar geen genade werd getoond.
Journalist Nino Chatic deed destijds verslag van de verschrikkingen die plaatsvonden in Srebrenica, maar zijn lot blijft tot op de dag van vandaag onbekend. Zijn woorden en die van vele anderen dienen als herinnering aan de gruweldaden die daar hebben plaatsgevonden.
De genocide in Srebrenica werd in 2007 officieel erkend door het Internationaal Strafhof voor het voormalige Joegoslavië. Ratko Mladic en 53 anderen werden veroordeeld tot gevangenisstraffen voor hun aandeel in deze verschrikkelijke gebeurtenissen. Tot op de dag van vandaag worden er nog steeds slachtoffers geïdentificeerd en herdacht in het monumentale centrum van Pototsari.
Het is belangrijk om de herinnering levend te houden en de slachtoffers nooit te vergeten. De herdenkingen en vredesmarsen dienen als eerbetoon aan degenen die hun leven verloren in Srebrenica en als waarschuwing voor de verschrikkingen van oorlog en genocide.