De regering van Trump weigert informatie te verstrekken over de immigrant van El Salvador die ten onrechte is gedeporteerd. Tijdens een hoorzitting in de Verenigde Staten weigerde de regering bewijs te geven aan een federale rechter over de locatie van Kilmar Abrego Garcia, de vader van een kind dat per ongeluk werd gedeporteerd door de immigratie- en douanedienst. De rechter merkte op dat het verontrustend was dat er geen bewijs was van de situatie of locatie van Abrego Garcia, die voor het laatst in de gevangenis was gevonden. Het Hooggerechtshof heeft de regering opgedragen de terugkeer van Abrego Garcia te vergemakkelijken, maar de regering weigert informatie te delen en zegt dat ze geen informatie kunnen verstrekken aan de rechtbank.
Kilmar Abrego Garcia, een Salvadoriaanse immigrant die in Maryland woont en getrouwd is met een Amerikaan, werd op 12 maart gearresteerd door een politieagent die verantwoordelijk is voor het handhaven van de migratiewetgeving. Op 15 maart werd hij samen met meer dan 200 mensen gedeporteerd door de regering van Trump. De regering beweerde dat de meeste van deze mensen banden hadden met de internationale bende Treen de Aragua en dat Abrego Garcia per ongeluk was gedeporteerd vanwege een administratieve fout. Een aanhoudingsbevel tegen hem was in 2019 permanent geannuleerd door een federale rechtbank.
De weigering van de regering van Trump om informatie te verstrekken over de situatie van Kilmar Abrego Garcia roept vragen op over de transparantie en verantwoordingsplicht van de regering. Advocaten van het ministerie van Justitie hebben aangegeven dat zij geen informatie kunnen delen met de rechtbank, wat de Amerikaanse rechter zorgen baart. Het is belangrijk dat de regering verantwoordelijkheid neemt voor haar acties en ervoor zorgt dat onschuldige mensen niet het slachtoffer worden van administratieve fouten. De zaak van Abrego Garcia benadrukt de kwetsbaarheid van immigranten en de noodzaak van een zorgvuldige en eerlijke behandeling van hun zaken.