Amerikaanse vliegtuigen hebben een dodelijk bombardement uitgevoerd in een haven van Jemen, waarbij volgens de Houthi-rebellen 80 mensen zijn omgekomen. De haven, Ras Isa Oil Port, was strategisch belangrijk vanwege de olie-installaties die er gevestigd waren. De Houthi’s, die een groot deel van Jemen controleren, beschuldigen de Verenigde Staten van het uitvoeren van nieuwe bomaanslagen in de hoofdstad Sanaa en omgeving.
De Amerikaanse strijdkrachten hebben de haven van Ras in de provincie Honda vernietigd, die in handen was van de Houthi-rebellen. Het doel van deze bombardementen was volgens de Amerikaanse centrale commandant om de brandstofbron voor de door Iran gesteunde Houthi’s te elimineren en hen de illegale inkomsten te ontnemen die hun militaire operaties financierden.
Het Al-Masira Television Network, dat verbonden is met de Houthi-rebellen, heeft gemeld dat er 80 doden en 150 gewonden zijn gevallen als gevolg van de Amerikaanse bombardementen. Een woordvoerder van het Houthi-ministerie van Volksgezondheid gaf aan dat er sinds de bombardementen in maart in totaal 198 mensen zijn omgekomen.
De Verenigde Staten hebben aangegeven dat de Houthi’s economisch en militair hebben geprofiteerd van landen en bedrijven die materiële steun bieden aan een aangewezen terroristische organisatie. De door Iran gesteunde Houthi’s zouden brandstof hebben gebruikt om hun operaties te financieren en het gebied al meer dan tien jaar te destabiliseren.
De situatie in Jemen blijft dus gespannen door de voortdurende conflicten tussen verschillende partijen. Het is belangrijk om de humanitaire gevolgen van dergelijke bombardementen te blijven volgen en te streven naar een vreedzame oplossing voor het conflict in het land.