In 1961 arriveerden Italiaanse gastarbeiders in Twente, een periode die de regio blijvend zou beïnvloeden. Deze zogenaamde ‘spaghettivreters’ werden aangetrokken door de bloeiende textielindustrie die behoefte had aan extra arbeidskrachten. De film *Tegendraads* biedt een indringende kijk op deze tijd en de manier waarop de lokale bevolking op deze verandering reageerde.
De film toont de 100-jarige textielfabriek Brinks in Oldenzaal, waar de productie zo hoog was dat het traditionele drieploegensysteem niet meer voldeed. De directeur, gespeeld door Peter Bolhuis, nam de ingrijpende beslissing om jonge mannen uit Italië aan te trekken. Dit leidde tot een spannende en soms pijnlijke interactie tussen de Italiaanse gastarbeiders en de Twentse bevolking. De film belicht niet alleen de economische noodzaak, maar ook de sociale en culturele schok die met deze import van arbeid gepaard ging.
In *Tegendraads* worden de verschillen tussen de Italiaanse en Twentse gewoonten op een humoristische maar ook confronterende manier belicht. De Italianen, die gewend zijn aan andere eet- en leefgewoonten, worden geconfronteerd met de strikte routines van de Twentse boeren. Eten om 18.00 uur, het gebruik van badkamers enkel op zaterdag en het idee van koekjes op brood; voor de Italianen is dit allemaal nieuw en vreemd. Aan de andere kant worden de Tukkers geconfronteerd met de ‘gladde’ Italianen, wat leidt tot een cultureel clash die de film door de jaren heen vormgeeft.
De jonge vrouw Johanna, gespeeld door Emma Josten, vormt de kern van de verhaallijn. Zij droomt van een leven dat verder gaat dan de beperkte mogelijkheden die haar omgeving biedt. Haar ontmoeting met de Italiaanse jongens opent haar ogen voor andere levensperspectieven. Johanna’s verlangen naar vrijheid en avontuur komt sterk naar voren in haar strijd tegen de traditionele rolverdeling die haar vader en de maatschappij haar opleggen. Haar vraag: “Moet ik werken, trouwen, kinderen krijgen en dan dood neervallen op mijn 34ste?”, schetst een pijnlijk beeld van de verwachtingen waaraan zij moet voldoen.
De film neemt ook een duistere wending met de ‘spaghetti-rellen’ in Enschede, een uitbarsting van geweld die de spanning tussen de Italianen en de lokale bevolking illustreert. Dit aspect van de film laat zien hoe de komst van buitenlandse arbeidskrachten niet alleen kansen, maar ook conflicten met zich meebracht. Het doet ook denken aan de huidige discussies over gastarbeiders en de houding van de samenleving ten opzichte van buitenlanders.
Naast de serieuze thema’s biedt *Tegendraads* een nostalgisch tijdsbeeld met herkenbare elementen zoals schuifelen op feesten en het gebruik van een prikklok in de fabriek. De film vangt de sfeer van de jaren zestig terwijl het ook de pijnlijke realiteit van discriminatie en xenofobie blootlegt. Het contrast tussen de hoopvolle dromen van Johanna en de rauwe werkelijkheid van de toenmalige sociale dynamiek maakt de film aangrijpend en relevant.
*Tegendraads* kan worden gezien als een reflectie op de veranderingen die de maatschappij heeft doorgemaakt, maar ook als een kritische blik op hoe ver we zijn gekomen in termen van acceptatie en integratie van buitenlanders. De boodschap is duidelijk: ondanks de tijdsverandering zijn er nog steeds parallellen te trekken met de hedendaagse situatie van gastarbeiders in Nederland. Het verhaal van de ‘spaghettivreters’ is daarmee niet alleen een terugblik op het verleden, maar ook een oproep tot reflectie over de huidige houding ten opzichte van migratie en de integratie van verschillende culturen.