In Nederland worden de archieven geopend met de namen van 425.000 mensen die beschuldigd worden van samenwerking met de nazi’s tijdens de Tweede Wereldoorlog. Deze archieven bevatten informatie over medewerkers van de nazi’s die na de bevrijding van Nederland werden opgericht om de collaborateurs voor het gerecht te brengen.
Op donderdag 2 januari zullen onderzoekers en nazaten van slachtoffers en medewerkers van de nazi’s digitaal toegang hebben tot een kwart van de database. Voor sommigen, zoals de 74-jarige Connie, is dit een ongemakkelijke situatie. Haar familiegeschiedenis staat in het archief en ze weet niet wat de gevolgen zouden kunnen zijn als mensen hun naam opzoeken op Google.
Sommige mensen in Nederland geloven echter dat transparantie over het oorlogsverleden van het land van cruciaal belang is. Meer dan 102.000 van de Nederlandse Joodse bevolking – drie kwart van hen – werden vermoord door de nazi’s, met medewerking van de staat, de politie en delen van de Nederlandse bevolking.
Johannes van Kaste, hoogleraar Holocaustgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam, zegt dat hij begrijpt dat kinderen en kleinkinderen van collaborateurs nu bang zijn voor mogelijke gevolgen, maar zijn persoonlijke ervaring is dat ze zullen genezen zodra ze de archieven onder ogen zien.
Het openen van deze archieven kan helpen bij het blootleggen van de waarheid en het verkrijgen van inzicht in een donkere periode in de Nederlandse geschiedenis. Het is belangrijk om te blijven leren van het verleden en de waarheid onder ogen te zien, hoe ongemakkelijk die ook kan zijn.