Het lijkt onwaarschijnlijk dat een land dat kampt met een recessie, hoge energiekosten en politieke onzekerheid een van de meest dynamische aandelenmarkten van Europa zal herbergen. De Duitse DAX-index, de benchmark voor de veertig grootste beursgenoteerde bedrijven van het land, is het afgelopen jaar echter met 12% gestegen in dollars, waardoor het een van de best presterende indices in Europa is.
Hoewel aandelenmarkten vaak de gezondheid van een economie en het vertrouwen van investeerders daarin weerspiegelen, is deze relatie niet altijd eenvoudig, merkt The Economist op, die deze paradox wil verklaren. Indices die worden gedomineerd door mondiale bedrijven kunnen floreren, zelfs als de binnenlandse omstandigheden zwak zijn. Zoals in veel Noord-Europese landen komt het grootste deel van de omzet van beursgenoteerde bedrijven in Duitsland uit het buitenland.
De grootste factor die de outperformance van de DAX verklaart, is echter de aanwezigheid van één sterbedrijf: SAP. De aandelenkoers van het softwarebedrijf steeg in 2024 met 70% dankzij de sterke vraag van investeerders naar zijn AI-aanbod en partnerschappen met Microsoft, Meta en Nvidia. Door zijn klanten naar het cloudplatform te verplaatsen en AI-tools in zijn software te integreren, onderscheidde het bedrijf zich van concurrenten als Salesforce en Oracle. Het is indrukwekkend, maar ook waar: tweederde van de winst van de DAX in het afgelopen jaar wordt uitsluitend aan SAP toegeschreven.
Op dezelfde manier had Siemens, een engineeringgigant, een sterk jaar dankzij de groeiende vraag naar zijn datacenters. De prestaties van deze twee bedrijven, die samen ruim een kwart van de weging van de index uitmaken, overschaduwden de slechte prestaties van autofabrikanten als Mercedes, die het moeilijk hebben te midden van een inzinking van de Duitse productie.
Ook de politieke ontwikkelingen in Duitsland zorgden voor een impuls. De DAX profiteerde van een rally in november toen de regeringscoalitie instortte. Een vervroegde verkiezing in februari deed de hoop rijzen dat een nieuwe coalitie een expansiever begrotingsbeleid zou kunnen voeren, merkt UBS op. Velen verwachten dat de volgende regering de ‘schuldenrem’, een grondwettelijk vastgelegde beperking op staatsleningen, zal versoepelen. Beleggers verwachten ook dat de inflatie zal blijven dalen en dat de Europese Centrale Bank de rente zal verlagen, waardoor aandelen nog aantrekkelijker worden.
De stijging zou in 2025 echter aan kracht kunnen verliezen, waarschuwt de Economist. De volgende regering, die waarschijnlijk geleid zal worden door centrumrechtse conservatieven, zal de schuldenrem waarschijnlijk grotendeels intact houden. En de afhankelijkheid van de index van een paar machtige bedrijven maakt hem kwetsbaar voor veranderingen in hun fortuin.