De moeder van de Egyptisch-Britse activist Alaa Abdel Fattah, Laila Sweif, heeft vandaag haar 100e dag van hongerstaking bereikt uit protest tegen de langdurige gevangenschap van haar zoon. De 68-jarige wiskundeleraar doet een beroep op de Britse regering om actie te ondernemen om de vrijlating van haar zoon veilig te stellen. Abdel Fattah, een bekende pro-democratische blogger, werd in september 2019 gearresteerd nadat hij een sms had geplaatst over marteling in Egyptische gevangenissen.
“Helaas lijkt het erop dat de regering wacht tot ik het ziekenhuis binnenkom voordat ze resoluut optreedt om de vrijheid van mijn zoon te garanderen”, zei Sweif in een persbericht. Sinds 29 september 2024 leeft ze van slechts zwarte koffie, thee en drie pakjes rehydratatiezout per dag. Haar zoon zou die dag worden vrijgelaten na het uitzitten van een gevangenisstraf van vijf jaar wegens het verspreiden van nepnieuws.
Er is echter geen rekening gehouden met de twee jaar die hij in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht en sindsdien zit Abdel Fattah nog steeds in de gevangenis. Voor Fiona O’Brien, de Britse directeur van Reporters Without Borders, is het onacceptabel. Ze benadrukt dat geen enkele moeder zich in een situatie zou moeten bevinden waarin ze het gevoel heeft dat haar enige uitweg het in gevaar brengen van haar eigen leven is.
Sweif en haar twee dochters hebben de afgelopen maanden bijna wekelijks protestbijeenkomsten gehouden buiten het ministerie van Buitenlandse Zaken in Londen, waarbij ze de Britse minister van Buitenlandse Zaken David Lammy hebben opgeroepen om in te grijpen. Lammy heeft beloofd om “door te blijven lobbyen” en benadrukt het belang van handels- en diplomatieke banden tussen Londen en Caïro.
Abdel Fattah was een centrale figuur in de opstand van 2011 die leidde tot het aftreden van president Hosni Mubarak na dertig jaar aan de macht te zijn geweest. Hij bleef een stem van protest in de jaren die volgden, waarbij hij het harde optreden van de regering aan de kaak stelde en tienduizenden mensen gevangen werden gezet volgens mensenrechtenorganisaties.