Het Verenigd Koninkrijk heeft een opvallend beleid ontwikkeld om schade te verminderen en wordt terecht beschouwd als een van de referentielanden op dit gebied. De overheid combineert strikte wetgeving met de promotie van alternatieven voor rokers die willen stoppen met roken. De kern van deze strategie is gebaseerd op de veronderstelling dat stoppen met roken voor veel rokers moeilijk kan zijn en dat het overstappen naar alternatieve producten aanzienlijk kan helpen om de gezondheidsschade te verminderen.
Een van de belangrijkste instrumenten van dit beleid zijn dampproducten, ook wel bekend als elektronische sigaretten. De gezondheidsautoriteiten van het Verenigd Koninkrijk hebben al in het midden van het vorige decennium erkend dat elektronische sigaretten kunnen helpen bij het stoppen met roken en het verminderen van het aantal rokers. Organisaties zoals de Nationale Volksgezondheidsorganisatie (Public Health England – Phe) en de National Health Service (NHS) hebben elektronische sigaretten aangeprezen als een effectieve methode om te stoppen met roken.
Desondanks heeft Engeland besloten om wegwerpbare elektronische sigaretten te verbieden. De redenen hiervoor zijn tweeledig. Allereerst is er de kwestie van het milieu. Eenmalig gebruik van elektronische sigaretten zorgt voor veel afval dat vaak niet gerecycled kan worden. Daarnaast kunnen deze wegwerpproducten brandgevaar opleveren vanwege de lithiumbatterijen die ze bevatten. Een andere belangrijke reden voor het verbod is de bescherming van minderjarigen. Wegwerpproducten zijn vooral populair bij jongeren, waardoor een universeel verbod en maatregelen om de toegang tot nicotineproducten te beperken, jongeren kunnen beschermen tegen nicotineverslaving.
De wet die het verbod op wegwerpbare elektronische sigaretten invoert, zal op 1 juni 2025 van kracht worden. Winkels die zich niet aan de nieuwe voorschriften houden, riskeren strenge straffen, waaronder gevangenisstraf tot 2 jaar. Het Verenigd Koninkrijk neemt hiermee een belangrijke stap om de gezondheid van zijn inwoners te beschermen en het milieu te ontzien.
