Tientallen vuurfronten woedden woensdag in Zuid-Europese landen, waar sterke wind en zeer hoge temperaturen de omstandigheden verergerden. Volgens de New York Times zijn er minstens vier doden gevallen bij de branden die woeden in Spanje, Griekenland, Turkije, Montenegro en Albanië. Daarnaast raakten tientallen mensen, waaronder brandweerlieden, gewond tijdens de blusoperaties.
In Griekenland hebben de autoriteiten bijna 5.000 brandweerlieden en 62 vliegtuigen ingezet om de branden te bestrijden. De vuurwoordvoerder Vasilis Vathrakogiannis waarschuwde voor het hoge risico op vuur en de sterke wind die de brandbestrijding bemoeilijkte. Ook in Spanje zijn de branden deze week ernstig, met minstens 14 actieve branden die woedden te midden van droge vegetatie en hoge temperaturen.
In Spanje heeft een vrijwilliger van 35 jaar zijn leven verloren bij het blussen van de branden, terwijl zeven anderen ernstig gewond raakten. Lokale functionarissen hebben ongeveer 8.200 mensen geëvacueerd uit het getroffen gebied. In Turkije hebben ongeveer 1.800 leden van de hulpdiensten en 19 vliegtuigen gevochten tegen een brand in Canakale, waarbij een man om het leven kwam toen een brandweerwagen werd omvergeworpen.
In Montenegro heeft het ministerie van Defensie gemeld dat een sergeant van het leger is overleden en een andere ernstig gewond raakte tijdens de blusoperaties. Ook in Albanië is er een dode gevallen als gevolg van de branden. De situatie blijft zorgwekkend in Zuid-Europa, met de autoriteiten die hun uiterste best doen om de branden onder controle te krijgen en verdere slachtoffers te voorkomen.
