Op 4 augustus heeft de Oekraïense president Volodimir Zelenski melding gemaakt van buitenlandse huurlingen die Russische troepen helpen bij gevechten in de buurt van de stad Vovcansk. Hij waarschuwde dat zijn troepen zouden reageren op deze dreiging van buitenlandse huurlingen die vechten voor Rusland. Een kaart van Newsweek toont de landen waaruit deze huurlingen afkomstig zijn, volgens Zelenski.
Volgens Zelenski hebben Oekraïense troepen huurlingen gevonden die zich bij de Russische troepen hebben aangesloten uit landen als China, Tadzjikistan, Oezbekistan, Pakistan en verschillende Afrikaanse landen. Tadzjikistan en Oezbekistan zijn voormalige Sovjet-republieken met nauwe banden met Moskou. Er zijn ook meldingen van huurlingen uit China, waarbij Beijing deze beweringen heeft ontkend.
Pakistan heeft de beschuldigingen van Zelenski dat hun onderdanen vechten voor Rusland als ongegrond bestempeld. De Oekraïense president heeft niet specifiek genoemd uit welke Afrikaanse landen de huurlingen afkomstig zijn, maar er zijn rapporten dat huurlingen uit landen als Egypte, Algerije, Ghana, Kameroen, Senegal, Nigeria en Togo zijn gerekruteerd.
Er zijn ook meldingen dat maximaal 15.000 burgers uit Nepal mogelijk zijn gerekruteerd door Rusland. Er zijn zelfs gevallen gemeld van Indiërs die bedrogen zijn om voor Rusland te vechten na beloften van nieuwe banen of toelating tot universiteiten.
Het gebruik van huurlingen in het conflict tussen Rusland en Oekraïne is niet nieuw, maar veel van de betrokken landen ontkennen dat hun burgers betrokken zijn bij de oorlog. Rusland ontkent ook het gebruik van buitenlandse strijders. President Vladimir Poetin heeft verklaard dat Rusland geen behoefte heeft aan buitenlandse strijders.
Sinds het begin van de oorlog in februari 2022 heeft Rusland naar verluidt minstens 1 miljoen verliezen geleden, waaronder doden en gewonden. Rapporten uit de frontlinie benadrukken het gebruik van buitenlandse huurlingen en geallieerde troepen door Rusland om tekorten aan personeelsbronnen aan te vullen.