Een krachtige aardbeving met een magnitude van 6 heeft op zondagavond in Oost-Afghanistan geleid tot de dood van maar liefst 1.124 mensen, volgens een recent rapport. Daarnaast zijn er meer dan 3.251 mensen gewond geraakt en zijn er meer dan 8.000 huizen vernietigd door de verwoestende aardbeving. De Afghaanse vleugel van de Rode Halve Maan heeft ook bevestigd dat het aantal slachtoffers naar verwachting de komende uren en dagen zal toenemen, aangezien reddingswerkers proberen de meest afgelegen bergdorpen te bereiken, waar toegang alleen mogelijk is per helikopter.
Het is een race tegen de klok voor de overlevenden, aangezien reddingswerkers te maken hebben met wegen die zijn verwoest door aardverschuivingen en voortdurende naschokken. Tientallen dorpen blijven geblokkeerd door aardverschuivingen die de straten hebben afgesloten, waardoor veel mensen nog steeds vastzitten onder het puin. Lokale functionarissen waarschuwen dat het aantal slachtoffers nog verder kan stijgen.
Om hulp te bieden aan de getroffenen, heeft secretaris-generaal Antonio Guterres aangekondigd dat het Emergency Fund (CERF) $5 miljoen zal uitkeren. De Internationale Organisatie voor Migratie benadrukt dat de toegang tot verschillende gebieden extreem moeilijk is vanwege de verwoestingen veroorzaakt door de aardbeving. De Verenigde Naties hebben aangegeven klaar te staan om verdere ondersteuning te bieden aan de getroffen bevolking.
De situatie in Afghanistan na de aardbeving blijft zorgwekkend, met honderden mensen nog steeds bedolven onder het puin en reddingswerkers die hun best doen om overlevenden te vinden en te helpen. Het is een tragedie van ongekende omvang die niet alleen de fysieke schade aanricht, maar ook diepe emotionele littekens achterlaat bij de mensen die getroffen zijn door deze natuurramp.