Het openbare onderzoek naar Covid-19, waarin de aanpak van de pandemie door de Britse autoriteiten en met name de regering onder Boris Johnson werd bekritiseerd, is door de voormalige premier zelf bestempeld als ‘hopeloos onsamenhangend’. Volgens de bevindingen van het onderzoek heeft de regering het virus ‘te laat’ serieus genomen, wat resulteerde in een hoge tol van ongeveer 226.000 doden in Groot-Brittannië als gevolg van de pandemie.
Boris Johnson heeft zijn spijt betuigd voor de fouten die zijn gemaakt tijdens zijn leiderschap en heeft verklaard dat alle betrokkenen hun best hebben gedaan in zeer moeilijke omstandigheden. Hij benadrukte echter dat de conclusies van het openbare onderzoek verwarrend en onsamenhangend waren, omdat belangrijke vragen niet werden beantwoord, zoals de oorsprong van het virus en de effectiviteit van de quarantainemaatregelen.
Familieleden van slachtoffers van Covid-19 hebben geëist dat alle privileges, zowel financieel als institutioneel, die de voormalige premier genoot, worden ingetrokken. Ze vinden het ondraaglijk dat rouwende families de levensstijl van de man die verantwoordelijk wordt gehouden voor hun verlies zouden moeten subsidiëren.
Het is duidelijk dat de nasleep van de Covid-19 pandemie in Groot-Brittannië nog steeds vragen en emoties oproept. Het openbare onderzoek naar de aanpak van de regering en de kritiek van voormalig premier Boris Johnson laten zien dat er nog veel onduidelijkheid en onvrede heerst over de maatregelen die zijn genomen en de impact die deze hebben gehad op de bevolking.





























































