De Europese Unie heeft aangekondigd dat zij een lening van 90 miljard euro zal verstrekken aan Oekraïne, nadat er geen overeenstemming kon worden bereikt over de ‘bevroren’ Russische staatseigendommen. Deze overeenkomst, die na 16 uur onderhandelen tot stand kwam, wordt gezien als een belangrijke overwinning voor de Oekraïense economie, die wordt geplaagd door het conflict met Rusland. De deal is gebaseerd op een gemeenschappelijke schuld van de EU, maar wordt niet gesteund door alle lidstaten, aangezien Hongarije, Slowakije en Tsjechië niet zullen deelnemen.
De Belgische premier Bart de Vevers speelde een cruciale rol in de totstandkoming van deze overeenkomst. Hij heeft zich sterk gemaakt voor het verstrekken van financiële steun aan Oekraïne en heeft zich verzet tegen het gebruik van Russische activa om de lening terug te betalen. Ondanks tegenstand van Duitsland en andere noordelijke Europese landen, heeft de urgentie van de situatie in Oekraïne en de wil van de EU-leiders om solidariteit te tonen de doorslag gegeven.
De overeenkomst wordt gezien als een tijdelijke oplossing voor de financiële problemen van Oekraïne en de verdeeldheid binnen de EU over wie de kosten moet dragen. Het is duidelijk dat het blok van Europese staten al geruime tijd verdeeld is over deze kwestie en dat er nog steeds geen definitieve oplossing is gevonden.
Hoewel de lening een cruciale reddingslijn biedt voor Oekraïne, blijft de vraag wat de EU precies bereid is te bieden om zowel Oekraïne als zichzelf te redden. Deze deal markeert een belangrijke stap in de aanpak van de crisis in Oekraïne, maar er blijven nog vele uitdagingen en onzekerheden over de toekomst.





























































