Iran heeft onlangs aangekondigd dat het zijn anti-vliegtuigverdedigingssystemen heeft vervangen die waren beschadigd tijdens de bomaanslagen die in juni in Israël werden gelanceerd. Volgens het officiële persbureau Irna, dat verwijst naar een militaire functionaris, heeft Iran deze stap genomen na een ongekende aanval van Israël op 13 juni. De aanval was bedoeld om te voorkomen dat Iran een atoombom zou verwerven, waar Israël als een existentiële bedreiging beschouwt.
Teheran verdedigt zijn recht op kernenergie voor vreedzame doeleinden en ontkent dat het militaire ambities heeft. Tijdens de 12 dagen durende oorlog richtte Israël zich op nucleaire en militaire installaties, waarbij militairen en wetenschappers die betrokken waren bij het Iraanse nucleaire programma werden gedood.
De Iraanse luchtafweerverdediging omvat systemen zoals de Bavar-373 en de Khordad-15, die in het land zijn vervaardigd en bedoeld zijn om raketten en vliegtuigen tegen te gaan. In 2016 installeerde Iran Russische S-300 luchtafweersystemen, na de Agreement in Wenen in 2015 over het nucleaire energieprogramma met grote mogendheden.
Na de 12-daagse oorlog tussen Iran en Israël werd op 24 juni een staakt-het-vuren afgekondigd. Iran heeft nu zijn anti-vliegtuigverdedigingssystemen vervangen en blijft de situatie in de regio nauwlettend volgen. Het is belangrijk om te blijven letten op verdere ontwikkelingen en mogelijke escalaties in dit conflict.