Cyprus heeft recentelijk te maken gehad met een controversiële kwestie rond de arrestatie en voortdurende detentie van vijf Griekse Cyprioten. De president van het Cyprus Parlement, Annita Dimitriou, heeft hierover een brief gestuurd naar zowel het Europees Parlement als de Raad van Europa. In de brief benadrukt Dimitriou dat de ontvoering en detentie van de vijf Griekse Cyprioten een opzettelijke politieke daad van vergelding is voor juridische vervolging door de Republiek Cyprus Foreign Nationals.
De acties van de Turkse bezettingsautoriteiten in het noordelijke deel van Cyprus worden door Dimitriou bestempeld als een flagrante schending van internationaal recht en de fundamentele mensenrechten van Griekse Cyprioten. De Griekse Cyprioten worden hierdoor belemmerd in het bezoeken van hun eigendommen en het uitoefenen van hun rechten. Deze acties ondermijnen tevens de onderhandelingen voor een oplossing van het Cyprus-probleem en dragen niet bij aan het creëren van een klimaat van vertrouwen zoals beoogd door de VN-secretaris-generaal.
De Cypriotische regering heeft in reactie op de situatie protesten geuit bij zowel de VN als op Europees niveau. Er wordt opgeroepen tot een snelle en doortastende actie om de vijf Griekse Cyprioten vrij te laten. Het is duidelijk dat deze situatie de spanningen in de regio verder opvoert en de inspanningen voor een vreedzame oplossing van het Cyprus-probleem bemoeilijkt.
Het is belangrijk dat de internationale gemeenschap deze kwestie nauwlettend volgt en druk uitoefent op de Turkse bezettingsautoriteiten om de Griekse Cyprioten onmiddellijk vrij te laten. De onrechtmatige detentie van individuen mag niet worden getolereerd en het naleven van internationale wetten en verdragen moet worden gewaarborgd. Het is van cruciaal belang dat er een vreedzame oplossing wordt gevonden voor de situatie op Cyprus, waarbij de rechten en belangen van alle betrokken partijen worden gerespecteerd.