Na de vorming van de nieuwe regering van Frankrijk, riep president Emmanuel Macron de politieke krachten van het land op om te werken aan stabiliteit en niet te gokken op instabiliteit. Hij beschuldigde de politieke krachten die speelden met destabilisatie als de enigen die verantwoordelijk zijn voor de onrust. De nieuwe regering, die 12 van de 18 ministers van de vorige regering omvat, bestaat voornamelijk uit leden van politieke formaties die grenzen aan de Franse president. Echter, er zijn ook ministers afkomstig uit de Republikeinse Partij en de zogenaamde civiele samenleving.
De extreemrechtse en Radicaal Linkse Partijen hebben al verzet aangekondigd tegen de nieuwe regering, nog voordat deze bijeenkwam en haar programmeringsverklaringen aflegde. De absolute meerderheid van de leden van de Nationale Assemblee kan ervoor zorgen dat de regering valt, afhankelijk van de besluiten van de Socialistische partij met betrekking tot de hervorming van het pensioenstelsel. Ondertussen hebben 18 parlementsleden van de partijen die president Macron steunen, een voorstel ingediend ten gunste van de invoering van een eenvoudige proportionele regeling bij parlementsverkiezingen.
Er is wijdverbreide bezorgdheid over de impact van langdurige politieke volatiliteit op de economie van het land. Een rapport in de krant Le Figaro vergelijkt de huidige situatie van Frankrijk met de financiële crisis in Griekenland, waarbij politieke leiders als verzwakt en afgesneden van de realiteit worden beschouwd. Het politieke systeem wordt beschreven als ondergedompeld in verval en cynisme, wat zorgen baart voor de toekomst van het land.