Amerikaanse energie wordt steeds meer gebruikt als een nieuw wapen in de handelsovereenkomsten van president Trump. In plaats van de traditionele regels te volgen die transnationale handel reguleren, heeft Trump een meer directe en persoonlijke aanpak gekozen. Deze aanpak heeft geleid tot een situatie waarin landen zich verplicht voelen om Amerikaanse fossiele brandstoffen te kopen, ongeacht of ze deze nodig hebben of dat de VS ze kunnen leveren.
De Europese Unie heeft bijvoorbeeld beloofd om $ 750 miljard aan energieproducten uit de VS te kopen binnen drie jaar. Dit is meer dan drie keer de invoer van het voorgaande jaar. Hoewel de Europese vraag naar Amerikaans gas is toegenomen vanwege de invasie van Rusland in Oekraïne, brengt deze afhankelijkheid van de VS ernstige risico’s met zich mee voor de EU zelf.
De VS exporteerden in 2025 ongeveer $ 250 miljard aan energieproducten, bijna gelijk aan hun jaarlijkse importdoel. Nieuwe faciliteiten worden verwacht om het exportpotentieel van gas tegen 2030 te verdubbelen. Echter, het is nog steeds onduidelijk hoe deze verplichtingen de klimaatdoelen van de EU zullen beïnvloeden, aangezien zij zich verplicht hebben om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 55% te verminderen.
Overeenkomsten met andere landen, zoals Japan en Zuid-Korea, zijn ook vaag. Hoewel deze landen hebben beloofd om grote bedragen aan energieproducten uit de VS te kopen, blijft het onzeker of zij in staat zullen zijn om deze verplichtingen na te komen. De toekomst zal uitwijzen hoe deze nieuwe aanpak van Trump de wereldwijde handel en energiemarkt zal beïnvloeden.