Voormalig Congo-president Joseph Campila werd ter dood veroordeeld voor misdaden tegen de mensheid, waaronder oorlogsmisdaden. De militaire rechtbank van Congo, onder leiding van luitenant-generaal Joseph Mutobo Catalay, verklaarde Campila schuldig aan verraad, moord, seksueel misbruik, marteling en opstand.
Campila regeerde bijna twee decennia lang en trad pas af na gewelddadige protesten tegen zijn bewind. Na zijn aftreden in 2023 verbleef hij voornamelijk in Zuid-Afrika, maar verscheen recentelijk in een stad in Oost-Congo die werd gecontroleerd door rebellen.
De zoon van een guerrillaleider die dictator Mobutu Sesi Seko omver wierp, erfde Campila de macht na de moord op zijn vader in 2001. Hij stond bekend om zijn politieke vaardigheden en werd in 2019 opgevolgd door de huidige president Felix Chiskendi.
Na een periode van afwezigheid keerde Campila onlangs terug naar Congo en sprak zich uit tegen de dictatuur. Dit leidde tot zijn arrestatie en berechting voor hoogverraad door de militaire rechtbank.
Campila werd geboren in 1971 in Zuid-Kivu en bracht een groot deel van zijn jeugd door in ballingschap in Tanzania. Hij trad toe tot het leger tijdens de oorlogen in Congo in de jaren 90 en erfde een door oorlog verscheurd land van zijn vader.
Ondanks zijn politieke successen werd Campila gezien als een buitenstaander vanwege zijn afkomst en taalkloof. Hij sprak voornamelijk Engels en Swahili en had moeite met de officiële taal Frans en het lokale dialect Lingala.
Campila’s regeerperiode werd gekenmerkt door politieke onrust en verkiezingsfraude. Ondanks zijn populariteit in sommige delen van het land, slaagde hij er niet in om de steun van alle Congolezen te winnen.
Het vonnis van de militaire rechtbank markeert het einde van een tijdperk voor Congo en werpt een schaduw over het politieke landschap van het land. Campila zal worden herinnerd als een omstreden figuur die zowel bewondering als kritiek heeft geoogst tijdens zijn heerschappij.





























































