President Vladimir Poetin heeft een wetsvoorstel ingediend bij het parlement voor de terugtrekking van Rusland uit het Europees Verdrag inzake marteling. Dit nieuws werd gemeld door het Russische persbureau Tass, dat verwijst naar een klacht van het Europees Verdrag aan de kant van Moskou.
Het Europees Verdrag om marteling en onmenselijke of vernederende behandeling of straf te voorkomen werd aangenomen in 1987 door de Raad van Europa en trad in werking in 1989. Dit verdrag richt zich op het voorkomen van marteling en onmenselijke behandeling in detentiecentra, gevangenissen en andere instellingen waar mensen hun vrijheid wordt ontnomen. De Commissie voor de preventie van marteling (CPT) is verantwoordelijk voor het uitvoeren van onaangekondigde bezoeken en het rapporteren van bevindingen en aanbevelingen.
Het Europees Verdrag inzake marteling verschilt van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, dat marteling expliciet verbiedt en burgers in staat stelt om in beroep te gaan bij het Europese Hof van Justitie. Het Prevention Convention richt zich daarentegen op samenwerking met staten en het nemen van preventieve maatregelen.
Het wetsvoorstel van Poetin om Rusland terug te trekken uit het Europees Verdrag inzake marteling heeft mogelijk verstrekkende gevolgen voor de mensenrechten in het land. Het is belangrijk om de ontwikkelingen rond dit wetsvoorstel nauwlettend te volgen en de mogelijke impact op de bescherming van de rechten van gedetineerden en andere kwetsbare groepen in de gaten te houden.