Bijna twintig jaar na de gruwelijke moord op 19 vrouwen en kinderen in een bungalow in Noida, India, staat de zaak opnieuw in de schijnwerpers. De hoofdverdachte, Surinder Kohli, een huishoudhulp die eerder veroordeeld was, werd op 12 november vrijgelaten nadat het Hooggerechtshof hem vrijsprak in de laatste hangende zaak. Zijn bekentenis, waarin gruwelijke details over kannibalisme en necrofilie stonden, werd als onder marteling afgedwongen beschouwd.
De zaak begon in december 2006, toen de politie de lichamen van de slachtoffers ontdekte, begraven naast het huis van zakenman Moninder Singh Panter. De families van de slachtoffers beweerden dat de politie berichten over vermiste kinderen twee jaar lang had genegeerd, wat leidde tot nationale verontwaardiging. Beide veroordeelden werden ter dood veroordeeld voor meerdere gevallen van verkrachting en moord.
De vrijlating van Surinder Kohli heeft de families van de slachtoffers opnieuw in shock en verwarring gebracht. Ze vragen zich af: als Kohli en Panther het niet hebben gedaan, wie heeft dan hun kinderen vermoord? Kohli’s advocaat beweert dat al het bewijsmateriaal verzonnen is en dat Kohli in de val is gelokt om een machtig persoon te beschermen.
Het Hooggerechtshof noemde het onderzoek ‘slordig, vertraagd en nalatig’ en merkte op dat de echte daders nooit zijn geïdentificeerd. Er werd zelfs bewijsmateriaal genegeerd dat wees op de betrokkenheid van een organisatie voor orgaanhandel, aangezien sommige lichamen tekenen van “chirurgische precisie” vertoonden.
De families van de slachtoffers blijven op zoek naar gerechtigheid en zijn van plan een ontmoeting te regelen met premier Narendra Modi en de eerste minister van Uttar Pradesh. De woede en het verdriet van deze families tonen aan dat de wonden van deze gruwelijke moorden nog lang niet geheeld zijn.





























































