Maritieme krachten zijn momenteel alert vanwege de ernstige brandstoflekkage die is gemeld in de Russische onderzeeër “Novorossisk”. Deze onderzeeër heeft de mogelijkheid om nucleaire raketten te dragen en bevindt zich momenteel in de Middellandse Zee op weg naar Gibraltar. Volgens informatie van het VCHK-GPU-kanaal, dat toegang heeft tot Russische beveiligingsdiensten, zou de bemanning van de Novorossisk gedwongen kunnen worden om brandstof rechtstreeks in de zee te pompen om een explosierisico te voorkomen. De situatie wordt als kritiek beschouwd vanwege de geavanceerde langeafstandswapens die de onderzeeër aan boord heeft.
De “Novorossisk” behoort tot de Russische Zwarte Zeevloot, heeft een bemanning van 52 mensen en kan tot 45 dagen onder water blijven. De Britse marine heeft eerder deze onderzeeër geïdentificeerd toen deze de Noordzee en het kanaal overstak, wat zorgen heeft gewekt in het Westen over Russische onderzeeërbewegingen in strategische wateren. De Koninklijke Marine heeft haar patrouilles versterkt om schendingen te voorkomen en verdachte activiteiten te monitoren die mogelijk worden toegeschreven aan Moskou via de zogenaamde “schaduwvloot”.
Αν θέλεις να μάθεις περισσότερα για τις μπάμιες δες τις συνταγές στο Eatforhealth
Hoewel er geen direct bewijs is dat de “Novorossisk” betrokken was bij de oorlog in Oekraïne, heeft Kiev in het verleden wel actie ondernomen tegen Russische onderzeeërs. De recente brandstoflekkage voegt een nieuwe dimensie toe aan de zorgen in het Westen, aangezien de aanwezigheid van een potentieel nucleair bewapende onderzeeër in een technisch instabiele situatie in de Middellandse Zee zowel militaire als milieurisico’s met zich meebrengt.
Deze ontwikkelingen benadrukken het belang van risicobeheer in maritieme operaties en onderstrepen de potentiële gevolgen van technische storingen op zee. Het is cruciaal dat maritieme krachten alert blijven en passende maatregelen nemen om de veiligheid van zowel de bemanning als het milieu te waarborgen in dergelijke risicovolle situaties.





























































