Polen heeft besloten om de productie van antipersoneelmijnen te starten voor plaatsing langs de oostgrens, zoals gemeld door de Poolse viceminister van Defensie aan Reuters. Dit besluit maakt deel uit van het bredere regionale verschuiving waarbij bijna alle Europese landen aan de grens met Rusland plannen hebben aangekondigd om zich terug te trekken uit het mondiale verdrag dat dergelijke wapens verbiedt. Polen wil deze mijnen gebruiken om zijn grenzen met Rusland te versterken.
De mijnen zullen deel uitmaken van het ‘Oostelijke Schild’, een defensieprogramma gericht op het versterken van de Poolse grens met Wit-Rusland en de Russische enclave Kaliningrad. Het proces van terugtrekking uit het Verdrag van Ottawa is in gang gezet en Polen heeft aangegeven dat het indien nodig antipersoneelmijnen zal gaan produceren.
Het staatsbedrijf Belma, dat het Poolse leger al van verschillende andere soorten mijnen voorziet, zal miljoenen mijnen leveren als onderdeel van het Eastern Shield-programma om de 800 kilometer lange oostgrens te beveiligen. CEO Jaroslaw Zakrzewski van Belma verwacht de productie van tot wel 1,2 miljoen mijnen van alle soorten, inclusief antipersoneelmijnen, volgend jaar.
De levering van mijnen aan Oekraïne zal afhankelijk zijn van de productiecapaciteiten. Polen ziet Oekraïne als een absolute prioriteit vanwege de veiligheidssituatie aan het Russisch-Oekraïense front. Export naar Oekraïne en andere NAVO-landen die aan Rusland grenzen, zoals de Baltische staten, behoort tot de mogelijkheden.
Al met al is Polen van plan om antipersoneelmijnen te gaan produceren voor versterking van de oostgrens en mogelijk voor export naar bondgenoten. Het besluit om deze wapens te produceren markeert een nieuwe fase in de defensiestrategie van het land.



























































