De Turkse president Recep Tayyip Erdogan lijkt te mikken op een ‘hardere’ woordvoerder voor de portefeuille van de Turkse diplomatie. Volgens Turkse media ‘flirt’ Tayyip Erdogan met een herschikking gericht op het afzetten van de Turkse minister van Buitenlandse Zaken Hakan Fidan en om in zijn plaats de voormalige vertegenwoordiger van het Turkse presidentschap en het huidige hoofd van de Turkse inlichtingendiensten (MIT), Ibrahim Kalin, te vervangen.
Turkse analisten zeggen, ondanks het feit dat er nog geen officiële ontkenning of bevestiging is, dat Hakan Fidan er niet in is geslaagd een duidelijke strategische richting aan de diplomatie te geven, ondanks zijn uitgebreide ervaring op het gebied van inlichtingen (voormalig hoofd van het MIT). Volgens hen is het probleem niet een persoonlijk falen van Hakan Fidan, maar het feit dat het buitenlands beleid een ‘sport’ en een actieterrein blijft dat vrijwel uitsluitend door Erdogan zelf wordt uitgevoerd.
Dit komt omdat Fidan niet heeft gefunctioneerd als een autonome minister van Buitenlandse Zaken, maar eerder als een uitvoerende arm van de keuzes van Erdogan, wat in recente peilingen negatief tot uiting is gekomen. De Turkse diplomatie lijkt aan het afnemen te zijn volgens een onderzoek dat in oktober werd uitgevoerd (Gudenmar), waarin de frustratie van Turkse burgers werd gepeild.
Er is groeiende bezorgdheid over de kosten van het beleid van Turkije, met economische druk, isolatie en onzekerheid in de internationale betrekkingen. Het buitenlands beleid lijkt een instrument te zijn geworden voor interne consumptie, zonder tastbare voordelen voor het dagelijks leven van burgers. Er zijn ook zorgen over de positie van Turkije in internationale organisaties, waarbij velen vinden dat de rol van het land onvoldoende is.
De geruchten over de overstap van İbrahim Kalin naar het Ministerie van Buitenlandse Zaken worden geïnterpreteerd als een keuze voor ‘absoluut vertrouwen’, als een persoon die de visie van Erdogan volledig begrijpt en internationaal kan communiceren. Dit komt op een moment waarop het Turkse buitenlandse beleid zowel nationaal als internationaal in twijfel wordt getrokken.
De houding van Erdogan ten opzichte van Kalin is niet toevallig, gezien zijn jarenlange ervaring als persvertegenwoordiger van de Turkse president en adviseur op het gebied van buitenlands beleid en veiligheidskwesties. Kalin heeft zich in het verleden uitgesproken voor onderhandelingen en het bevorderen van Turkse belangen, vooral in kwesties die direct betrekking hebben op Griekenland.
Concluderend, de mogelijke plaatsing van Kalin als opvolger van Fidan suggereert dat Turkije een hard, strategisch en dialooggericht buitenlands beleid zal blijven voeren. Dit kan gevolgen hebben voor de Grieks-Turkse betrekkingen en de geopolitieke situatie in de regio. Het is afwachten hoe deze ontwikkelingen zich zullen vertalen in de praktijk en hoe andere landen hierop zullen reageren.





























































