Minstens 14 burgers werden gedood en 29 anderen raakten gewond bij aanvallen door troepen gesteund door Turkije in het noorden van Syrië. De aanvallen vonden plaats in de stad Sirin en een nabijgelegen dorp, waarbij acht burgers werden gedood en twintig anderen gewond raakten. Sommige van de gewonden verkeren in kritieke toestand, aldus de Syrische Democratische Krachten (SDF), een militie geleid door Koerdische strijders die gesteund worden door de Verenigde Staten.
Naast de aanvallen in Sirin werden ook bombardementen uitgevoerd in een andere regio van Noord-Syrië, waarbij drie burgers om het leven kwamen en anderen gewond raakten. De Turkse troepen beweerden in totaal 27 Koerdische strijders te hebben gedood, zonder melding te maken van burgerlijke slachtoffers. De SDF ontkende echter de beschuldigingen en benadrukte dat Turkije zich richt op burgers tijdens hun operaties.
Het Turkse ministerie van Defensie ontkende de aanklachten van de SDF en beweerde dat ze geen burgers als doelwit hebben tijdens hun grensoverschrijdende acties. Ze beweren ook maatregelen te nemen om schade aan plaatsen van aanbidding en woonwijken te voorkomen. Desondanks blijven de spanningen hoog in Noord-Syrië door de voortdurende gevechten tussen verschillende partijen.
De SDF heeft de Turkse aankondiging van het aantal gedode strijders deze week afgewezen en blijft strijden tegen de Turkse steun voor rebellengroepen in de regio. De situatie in Syrië blijft dus zeer gespannen en onvoorspelbaar, met burgers die het slachtoffer worden van het voortdurende conflict tussen verschillende partijen.