Een heftige strijd is losgebarsten in het Trump-kamp tussen twee prominente medewerkers van de voormalige president. Steve Bannon, de strateeg die Trump hielp de verkiezingen van 2016 te winnen, is in conflict geraakt met Elon Musk, die een grote rol speelde bij de verkiezingsoverwinning van Trump in november vorig jaar. Bannon beschuldigde Musk van racisme en noemde hem “echt slecht”, terwijl Musk op zijn beurt critici van Trump onder zijn aanhangers bestempelde als “trieste idioten”.
Ondanks dat Bannon niet langer deel uitmaakt van de inner circle van adviseurs van Trump, heeft hij nog steeds aanzienlijke invloed en een sterke mening. Hij heeft aangegeven dat hij Musk niet langer kan tolereren en heeft zelfs verklaard dat hij het zijn persoonlijke missie heeft gemaakt om de miljardair tegen te houden. Bannon beweert dat Musk geen toegang zal krijgen tot het Witte Huis en dat hij vastbesloten is om hem te dwarsbomen.
De kern van het conflict tussen Bannon en Musk draait om immigratie, met name het H1B-visum waarmee hoogopgeleide buitenlandse werknemers naar Amerika kunnen komen. Musk heeft aangegeven bereid te zijn om oorlog te voeren om deze visa te verdedigen, terwijl Bannon en zijn medestanders juist kritisch staan tegenover deze praktijk. Bannon beweert dat het doel van Musk en andere tech-ondernemers is om Amerikaanse werknemers te vervangen door buitenlanders, wat volgens hem leidt tot een soort “techno-feodalisme” op wereldwijde schaal.
Naast Musk richt Bannon zijn pijlen ook op andere invloedrijke figuren in Silicon Valley, zoals Peter Thiel en David Sachs. Bannon eist zelfs ‘herstelbetalingen’ van technologiebedrijven omdat ze volgens hem Amerikaanse burgers hun banen ontnemen. Zijn harde standpunt tegen immigratie en zijn extremistische opvattingen hebben geleid tot een openlijke ‘oorlog’ binnen het Trump-kamp, waarbij de loyaliteit van aanhangers op de proef wordt gesteld.
