Pola White, de religieuze adviseur van president Trump, heeft voor ophef gezorgd met haar uitspraken over Israël en het paradijs. Tijdens een gesprek met de Israëlische premier Benjamin Netanyahu in Washington, verklaarde ze dat christenen verplicht zouden moeten zijn om Israël te bezoeken voordat ze toegelaten kunnen worden tot het paradijs. Deze opmerkelijke uitspraak heeft geleid tot debat en kritiek, vooral gezien de situatie van christenen in Israël en de Palestijnse gebieden.
De aantijgingen van Netanyahu dat meldingen van vervolging van christelijke Palestijnen een “vals verhaal” zijn gefinancierd door landen als Qatar of Iran, werden door White overgenomen. Ze ontkende dat Israël anti-christelijk is en stelde dat dergelijke verhalen bedoeld zijn om religieuze gemeenschappen te verdelen. Echter, verschillende bronnen tonen aan dat christenen in Israël en de bezette Palestijnse gebieden wel degelijk te maken hebben met vervolging en discriminatie.
Yusev Dacher, coördinator van de Wereldraad van de kerk in Jeruzalem, heeft gemeld dat christenen zich “vervolgd als een religie” voelen in Israël. Hij beschreef hoe geestelijken en pelgrims regelmatig worden bespuugd op weg naar heilige plaatsen, en hoe de Israëlische politie onverschillig blijft voor deze aanvallen. Deze haat tegen het christendom wordt versterkt door de retoriek van sommige ambtenaren, aldus Dacher.
De situatie voor christenen is nog verergerd door het bombardement in Gaza, waarbij onder andere de historische kerk van St. Porphyrius werd gebombardeerd en 37 Palestijnen, waaronder 16 christenen, werden gedood. Ook zijn er meldingen van christelijke vrouwen die zijn gedood door Israëlische sluipschutters. Deze incidenten hebben geleid tot een snelle afname van de christelijke aanwezigheid in de regio, waar christenen nu minder dan 1% van de bevolking uitmaken.
Het is duidelijk dat de situatie voor christenen in Israël en de Palestijnse gebieden zorgwekkend is. Het is belangrijk dat dergelijke kwesties worden aangepakt en dat er respect en tolerantie is voor alle religieuze gemeenschappen in de regio. Het bezoeken van Israël mag geen voorwaarde zijn voor het verkrijgen van toegang tot het paradijs, maar het respecteren van de rechten en vrijheden van alle gelovigen zou dat wel moeten zijn.






























































