De recente aankondiging dat Mike Waltz naar verwachting zijn ontslag zal indienen als National Security Advisor in het Witte Huis werpt een schijnwerper op de moeilijkheden die deze positie met zich meebrengt onder de 47e president. Zijn vertrek komt na een incident waarbij hij betrokken was bij een geheime discussie over het Amerikaanse beleid tegen de Jemenitische Houthi, wat leidde tot zijn vermeende bekentenis aan president Trump.
Deze situatie doet denken aan eerdere controverses rondom nationale veiligheidsadviseurs onder Trump. In zijn eerste termijn ontsloeg de president al na 24 dagen zijn adviseur Mike Flynn, die in opspraak raakte vanwege contact met de Russische ambassadeur. Dit schandaal wierp een schaduw over het begin van Trump’s presidentschap en zou later een rol spelen in het onderzoek naar Russische inmenging.
De verwijdering van Waltz lijkt dit keer zorgvuldiger te zijn gepland, met Trump die het presenteert als een “herschikking” na de eerste 100 dagen van zijn tweede termijn. Er wordt gespeculeerd dat er meer veranderingen op komst zijn in de regering, maar het is onduidelijk of minister van Defensie Hessguez ook zal worden getroffen.
Het patroon van controverses rondom nationale veiligheidsadviseurs onder Trump werpt een kritisch licht op zijn aanpak van nationale veiligheid en buitenlands beleid. Het is te hopen dat de toekomstige adviseurs van de president zich bewust zullen zijn van de ernstige consequenties van hun acties en de noodzaak van transparantie en integriteit in hun functie.