In een recent interview heeft voormalig Duitse bondskanselier Angela Merkel opmerkelijke uitspraken gedaan over de rol van Polen en de Baltische staten in de diplomatieke betrekkingen tussen de EU en Rusland. Merkel beweerde dat zij in juni 2021 al voelde dat de Russische president Poetin de Minsk-overeenkomst niet serieus nam, wat leidde tot haar streven naar een nieuw Europees figuur om direct met hem te kunnen praten.
De voormalige kanselier gaf aan dat sommige landen, met name Polen en de Baltische staten, tegen haar initiatief waren, omdat ze vreesden dat dit zou leiden tot een gebrek aan gemeenschappelijk beleid ten opzichte van Rusland. Uiteindelijk werd haar voorstel niet uitgevoerd, wat volgens Merkel resulteerde in de agressie van Poetin na haar vertrek uit functie.
Merkel verwees ook naar de Minsk-overeenkomst waar ze aan deelnam in 2015, en benadrukte dat deze overeenkomst van 2015 tot 2021 vrede bracht en Oekraïne de kans gaf zich te versterken en te ontwikkelen als land.
De voormalige bondskanselier suggereerde dat de COVID-19 pandemie ook heeft bijgedragen aan de Russische agressie tegen Oekraïne, omdat het moeilijk was om face-to-face gesprekken te voeren met Poetin. Ze benadrukte dat het gebrek aan persoonlijk overleg het vinden van compromissen bemoeilijkte en uiteindelijk leidde tot de aanval op Oekraïne.
Het is interessant om op te merken dat sommige media en politici kritisch hebben gereageerd op Merkels uitspraken, waarbij ze benadrukken dat Rusland al vóór het einde van haar termijn agressief optrad in Oekraïne. Dit roept vragen op over de effectiviteit van het beleid ten opzichte van Rusland tijdens Merkels ambtstermijn. Het is duidelijk dat de relatie tussen de EU en Rusland complex en uitdagend blijft, zelfs na het vertrek van Merkel uit de politiek.





























































