De uitbraak van mond- en klauwzeer in Duitsland heeft de veehouders in het land in angstige afwachting achtergelaten. Het eerste geval van de ziekte in bijna vier decennia werd vrijdag ontdekt op een boerderij in de buurt van Berlijn. Het nieuws verspreidde zich al snel en leidde tot drastische maatregelen van de lokale autoriteiten.
Het verbod op het vervoer van dieren in de deelstaat Brandenburg werd onmiddellijk ingesteld en de hele kudde waterbuffels op de besmette boerderij moest worden gedood. Daarnaast werden ook 200 varkens van een nabijgelegen boerderij geslacht om verdere verspreiding van de ziekte te voorkomen. Mond- en klauwzeer verspreidt zich gemakkelijk onder dieren, maar vormt geen gevaar voor mensen. Desondanks brengt de ziekte aanzienlijke schade toe aan de landbouwsector.
In Groot-Brittannië veroorzaakte een mond- en klauwzeer epidemie in 2001 een crisis die de landbouw- en toerismesector ruim 15 miljard euro kostte. Meer dan zes miljoen dieren moesten worden geslacht om de ziekte te stoppen. De recente uitbraak in Duitsland roept herinneringen op aan deze verwoestende gebeurtenis en zorgt voor bezorgdheid onder veehouders en autoriteiten.
Het federale ministerie van Landbouw in Duitsland heeft aangegeven dat het nog te vroeg is om de omvang van de economische schade als gevolg van de uitbraak te beoordelen. De vleesexport van het land zou naar verwachting bijna 5 miljard euro bedragen in 2024, maar de impact van de ziekte op deze sector is nog onduidelijk.
Het meest recente geval van mond- en klauwzeer in de EU deed zich voor in 2011 bij wilde zwijnen in Bulgarije. Deze ziekte-uitbraak in Duitsland benadrukt opnieuw het belang van snelle en effectieve maatregelen om de verspreiding van besmettelijke dierziekten te voorkomen en te beheersen. Veehouders blijven alert en hopen dat verdere verspreiding van mond- en klauwzeer in het land kan worden voorkomen.